In 2016 komen er kleine veranderingen in de voorwaarden voor vergroeningsmaatregelen in de akkerbouw. Wim Westhoff van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO.nl) noemde er enkele bij de eerste akkerbouwvergadering van LTO Noord in Midwolda. Zo moet vanaf 2016 de akkerbouwer de zaaidatum van het vanggewas opgeven vóór de zaai. Dit heeft te maken met de controleerbaarheid van de vergroening.
Westhoff kon verder meedelen dat aan de toegestane vanggewassen wikke wordt toegevoegd en dat elke soort gras als onderzaai in graan mag. „Voor vanggewassen telt voortaan dat uitsluitend gecertificeerd zaad gebruikt mag worden”, zei Westhoff. De RVO-medewerker raadde de telers aan van de Ecologische Aandachtsgebieden zo veel mogelijk op te geven, omdat later toevoegen niet kan.
Telers kunnen in de lente aangeven wat de zaaidatum voor hun vanggewas wordt. Ze moeten die datum dan aanpassen als ze het definitieve zaaimoment weten. Het veranderen van de gegevens in de opgave kan tot 1 oktober.
Landschapselementen die akkerbouwers opgeven voor de Ecologische Aandachtsgebieden (EA) moeten aan een aantal eisen voldoen. Ze mogen niet breder dan 10 meter zijn. Tussen het bouwland en het EA mag maximaal 5 meter liggen en dat mag geen verharde weg zijn. Sloten en dijken zijn geen EA’s.
Pakketten
Op dit moment kent de vergroening ook een aantal pakketten die gelden als vergroeningsmaatregel en waarbinnen keuzes wat kunnen afwijken van de gewone invulling. In 2015 deden zo 240 telers mee binnen het pakket Veldleeuwerik. In 2016 verandert daarin de wegingsfactor voor de EA’s van 0,3 naar 0,24. Binnen het Veldleeuwerikpakket gaat de teelt van soja vervallen als EA-gewas.
Ook in het strokenpakket mogen landschapselementen meetellen. Aan dit pakket deden in 2015 80 telers mee. Het pakket Collectieven was het minst populair in het afgelopen seizoen. Hiervoor melden zich maar 6 deelnemers.
Hennep
Westhoff verwacht dat er een nieuw pakket toegevoegd gaat worden aan de pakketten: het henneppakket. Dit is een keuzemogelijkheid voor vezelhenneptelers. In het noordoosten zijn de meeste bedrijven die vezelhennep verbouwen. „Om aan dit pakket mee te doen moet de teler een contract hebben met een verwerker. De wegingsfactor voor de vezelhennep is 0,7”, zegt Westhoff.
De basisbetalingsregeling komt in 2015 op gemiddeld 289 euro per hectare. Daarbovenop krijgen akkerbouwers 125 euro vergroeningspremie en jonge landbouwers kunnen nog 53 euro extra krijgen. Omdat de portefeuille wat slinkt zal de basisbetaling in 2019 slinken naar 270 euro. De premie voor jonge boeren kan wat strenger beoordeeld worden, waardoor een deel van de jonge boeren niet meer in aanmerking daarvoor komt. Voor de overgebleven jonge boeren is dan een wat hogere betaling van 70 euro mogelijk. Graasdierpremies liggen op 160 euro per rund en 24 euro per schaap.